Autologe stamceltransplantatie - Nazorg
Bij een autologe stamceltransplantatie krijg je je eigen stamcellen terug na een hoge dosis chemotherapie.
Nazorg autologe stamceltransplantatie
Een stamceltransplantatie is een behandeling met een lang natraject. Je komt, zeker in het begin, regelmatig op de polikliniek voor controle. Bij het ontslag krijg je leefregels mee voor onder andere eten, hygiëne en contact met anderen. Kort na ontslag ben je nog niet de oude, het herstel gaat misschien langzamer dan je verwacht. Dat is niet ongewoon. Veel gehoorde klachten in de eerste maanden zijn vermoeidheid, verminderde concentratie en verkoudheden.
Controles op de polikliniek
In de eerste maanden na de transplantatie is de aandacht vooral gericht op het herstel van het afweersysteem. Zolang het afweersysteem niet optimaal werkt, ben je kwetsbaar: je bent nog niet voldoende beschermd tegen met name virusinfecties. Die kunnen zich uiten als verkoudheid, maar bijvoorbeeld ook als gordelroos. Daarom blijf je in de eerste periode na de stamceltransplantatie beschermende medicatie slikken. Bij elke controle zal de arts kijken naar complicaties.
Er wordt bloedonderzoek gedaan om te controleren of de stamcellen voldoende rode en witte bloedcellen en bloedplaatjes aanmaken. Soms is transfusie met rode bloedcellen of bloedplaatjes noodzakelijk.
Vermoeidheid
De meeste mensen voelen zich na een half jaar tot een jaar redelijk hersteld. De aanvankelijke vermoeidheid neemt af. Vermoeidheid kan echter ook langer aanhouden en zo een beperking vormen voor je dagelijks functioneren of het oppakken van werk. Praat erover met lotgenoten bij Hematon of iemand uit je behandelteam.
Psychische gevolgen
Een stamceltransplantatie is een zware behandeling, die ook psychisch veel vraagt. Niet alleen van jou, maar ook van je naasten. Je kunt sneller emotioneel zijn. Sommige mensen ervaren dat als stress, somberheid of angst.
Stress, angst en vermoeidheid kunnen leiden tot problemen met het geheugen en concentratie. Meestal zijn deze klachten tijdelijk. Het is goed om je klachten te bespreken met iemand uit je behandelteam en te overleggen of tijdelijke psychosociale hulp een optie is.
Oncologische revalidatie
Sommige ziekenhuizen hebben een speciaal team voor oncologische revalidatie, vaak onder leiding van een revalidatiearts. Daar kan men een revalidatieprogramma voor je opstellen, gericht op de behandeling van jouw klachten. Vraag er zo nodig naar bij je behandelteam.