Hecht gezin, hecht team
Hans
Toen Hans (51) in 2018 leukemie kreeg, wisselden hij en zijn vrouw bitter genoeg van plek: een jaar eerder was zij kankerpatiënt, nu hij. ‘We zijn er samen, als gezin, doorheen gekomen en daarom sterker dan ooit. We zijn een hecht gezin, maar ook een hecht team.’
‘Toen mijn vrouw borstkanker kreeg, waren onze kinderen zes en drie jaar oud. Een enorme klap. Bijna een jaar lang kreeg ze chemo. Dat betekende eerst een zwarte week, de week van de chemo, daarna een grijze week waarin ze iets herstelde en dan een witte week die redelijk normaal was. En dan begonnen we weer bij zwart. Een pittige tijd, maar ze herstelde gelukkig. Net toen alles weer het oude leek en precies vier dagen voor dat ze weer zou gaan werken, bleek ik leukemie te hebben. In de bloei van ons leven stond de tijd voor de tweede keer stil. Een slechtere soapserie konden we niet verzinnen.’
Groepsapp
‘De groepsapp met vrienden en familie, die we nog hadden van mijn vrouw, activeerden we opnieuw, want ik moest direct in het ziekenhuis blijven. Ik had T-ALL, startte met chemo en later bleek ook een stamceltransplantatie nodig. We hebben enorm veel steun gehad. Oppassen, koken, kinderen naar school brengen, de was doen en het huis schoonmaken: er stond altijd hulp voor ons klaar. Als al die mensen op deze foto zouden staan, was dat een club van wel veertig mensen. Dat zeg ik ook tegen iedereen die ziek wordt: vraag om hulp. Als je niets laat weten, gaat er niets gebeuren. Mensen kunnen niet raden wat je nodig hebt.’
‘Ik heb altijd tegen de kinderen gezegd dat ik ziek was. Maar hoe ernstig het was en ik het misschien niet zou redden, dat kreeg ik gewoon niet over mijn lippen. “Stommemie” noemde onze jongste de leukemie altijd, want er was helemaal niets leuk aan. Ziekenhuis in, ziekenhuis uit, dat was zo zwaar dat het best uitzichtloos voelde. Niemand die kon voorspellen of het goed zou komen.'
Sterker
‘Als gezin zijn we sterker geworden, absoluut. We staan ook anders in het leven. Alles ligt open en eerlijk op tafel en we gaan nooit met ruzie de deur uit. Als we elkaar na een dag school of werken weer zien, geven we elkaar een kus. Het lijken kleine dingen, maar het is zo wezenlijk. Je weet dat niets gegeven is, elke dag kan de laatste dag zijn.’
‘Ik werkte in de horeca en was alle weekenden en avonden weg. Ik miste veel van mijn gezin. Toen ik na twee jaar ziektewet werd ontslagen, kon ik mezelf laten omscholen tot elektromonteur. Dat is het beste wat is voortgekomen uit mijn ziekte. Ik ga nu ‘s ochtends om zeven uur de deur uit en ben om vier uur weer thuis. Ik ben niet meer elke avond of weekend aan het werk, maar ik ben gewoon thuis. Ik wil en hoef niets meer te missen van ons gezin.’
Hematon magazine zomer 2024 | tekst José Leeuwenkamp | beeld Harold van Beele